Wat is het verschil tussen solderen en lassen?

Een las wordt verkregen door het smelten van de materialen (basismetaal) en het toevoegmetaal. Dit kan met processen zoals vlam, TIG en MIG/MAG. Daarbij worden hoge temperaturen bereikt ver boven de smelttemperatuur van metalen.

Solderen is een verbindingsproces waarbij een verbinding tot stand komt door een toevoegmetaal (bv. zilver of tin) te smelten zonder het basismetaal te smelten. Het smeltpunt van het toevoegmetaal moet dus op een lagere temperatuur liggen dan dat van het basismetaal.

Er zijn verschillende soorten solderen: zacht- en hardsolderen. Voor hardsolderen zijn smelttemperaturen van 600°C tot 1000°C nodig, terwijl bij zachtsolderen het toevoegmetaal bij minder dan 450°C gesmolten wordt.

Vooral bij hardsolderen moet het gesmolten toevoegmetaal in perfect "contact" zijn met het basismetaal. Het wordt eerst verdeeld door capillaire werking en de invloed van de vlam, en dan door diffusie. Daarom moet bijzondere aandacht besteed worden aan het voorbereidende werk en aan de conditie van het oppervlak.

Air Liquide, een wereldleider in industriële gassen, heeft een grondig inzicht in de verschillen tussen lassen en solderen. Onze deskundigen kunnen je advies geven over de keuze van je gassen en toevoegmaterialen om een kwaliteitsvolle verbinding te realiseren.